Ridderliteratuur
De functies van ridderliteratuur zijn als voorbeeld en voor vermaak.
De belangrijke onderwerpen van ridderliteratuur zijn ridders, spannende verhalen over moed, trouw en liefde.
In de romans van Arthur draaide alles om koning Arthur en het zijn oosterse romans. De hoofdonderwerpen zijn hoofse liefde, avonturen en twee gevechten. Koning Arthur is een mythe.
In de romans van Karel de Grote speelde Karel de hoofdrol en het zijn Frankisch romans. De hoofdonderwerpen zijn gevechten tussen Christenen en Moslims en strijd. Karel de Grote is een bestaande man.
De verschillen van de Arthur roman en de Karel roman zijn dat in de Karel romans veel meer gevechten komen en in de Arthur romans worden de vrouwen meer gerespecteerd.
Karelromans
Karel moest in Karel ende elegast stelen, omdat in zijn droom kwam een engel die hem als opdracht gaf om te gaan stelen. Maar Karel ging het niet doen, maar de engel kwam meerdere keren terug, waardoor hij het wel ging doen.
Ik vind het raar dat een engel vraagt te stelen.
Er wordt veel gevochten in Karel ende elegast, de vrouw van de verslagen man wordt zonder respect behandeld en word aan de elegast gegeven en Karel speelt hier in de hoofdpersoon.
Hier zijn drie Karelromans:
1. Renout van Montalbael
2. Lorreinen
3. Sebilla
Roelant is een van de ridder in roelantslied die Karel de Grote dient. Maar zijn zwager is ook een ridder, maar die verraad Karel de Grote.
De drie elementen van een Karel roman van het roelantslied zijn:
1. Karel speelt de hoofdrol.
2. Er wordt veel gevechten gehouden.
3. Het is een Frankisch boek.
Een maliënkolder is een pak gemaakt van kettingen die aan elkaar zijn gemaakt. Ze worden merendeels door ridders gebruikt. Het dient voor een harnas voor tijdens het vechten met andere ridders of tegen de vijand. Het zit onder de normale harnas. Het beschermen van degene die het draagt niet bij een 1 tegen 1, want de zwaarden of wat ze gebruiken maakt het kapot. Maar dit harnas kan niet tegen pijlen, want die gaan doorheen.
Artur
Ferguut is een boerjongen die door koning Artur tot ridder wordt geslagen, maar hij voelt zich nog een boer en strijd tegen koning Arthur’s leger.
De ‘uitvinder’ van de Arturroman is Chrétien de Troyes. Hij schreef tussen 1170 en 1190 vijf berijmde ridderverhalen in de Franse taal. En die heeft de ferguut geschreven.
Je kon een ridder worden doordat je door de koning van jouw rijk, tot ridder werd geslagen.
Er zijn ook films over koning Arthur en hier zijn er vier en de tijden wanneer ze werden uitgegeven:
Knights of the Round Table (1953)
Prince Valiant (1954)
The Sword in the Stone (1963)
Lancelot and Guinevere (1963)
Uit de Arthur romans zijn deze vier heel belangrijk:
Koning Arthur
Lancelot
Genievre
Walewein
De heilige graal zou de schaal of beker zijn waarin het bloed van Christus is opgevangen bij zijn kruisiging, in andere verhalen is het de beker die gebruikt werd bij het Laatste Avondmaal. De functie van de graal is dat ze een hele avontuur aan hebben overgehouden.
De kenmerken van hoofsheid zijn:
1. Beleefdheid
2. Hoffelijkheid
3. Ridderlijkheid
Het onhoofse gedrag van ferguut was dat hij tot ridder werd geslagen, maar hij vond het niet goed genoeg en ging tegen koning Arthur en zijn leger te strijden.
Ik denk dan dat ik als er een ruzie komt, dat ik het niet meer negeer, maar het ga uitvechten met een duel en als iemand hulp nodig heeft dat ik hem help.
''In een roestige wapenrusting meldt hij zich bij het hof van Artur waar hij tot ridder wordt geslagen. Hij voelt zich nu wel een ridder maar van binnen is hij nog steeds een boer. De eeuwig spottende Keye laat het niet na hem daarop te wijzen. Boos verlaat Ferguut het hof om Arthurs rijk rond te trekken en zichzelf te bewijzen. Op zijn lange tocht verovert hij een wit schild, zijn bijnaam is daarom ook wel ‘de ridder met het witte schild’, en verslaat hij vele tegenstanders.''
Dit was een fragment van de ferguut en ik heb dit fragment gekozen, omdat in het stuk iemand tot ridder wordt geslagen, maar hij voelt zich nog een boer en verraadt koning Arthur en gaat dan te strijden.
